Jasper en Teun zitten al jaren samen op scouting. Ze kennen elkaar van jongs af aan en zijn nu tweeëntwintig. Ze zijn de 'stam', de leiders van de scoutingclub. Jasper wil feesten, motor rijden en op wereldreis gaan, terwijl Teun meer van vastigheid houdt en bij de scouting wil blijven. De jongens verschillen van elkaar, maar zijn elkaars beste vriend. Met de scouting beleven zij voor een laatste keer samen een weekend weg.